ansjovis
Voor een uitvoeriger verhandeling over de etymologie van ansjovis, zie
- M.G. de Boer (2009), 'Leenwoordtheorie voor Italianisten', in: Woordstudies I (= Italianistica Ultraiectina, deel 4), Utrecht, hoofdstuk 9 (181-251)
De betreffende paragraaf "Naar aanleiding van ansjovis (Wanderwörter)" staat op p. 232-234. De Boer wijst met name op de rol van de Catalaanse meervoudsvorm anxoves in de leenweg die het Nederlandse woord heeft afgelegd.
-- JB